Eindelijk op de fiets

8 maart 2017 - Camiri, Bolivia

Santa Cruz – Loma Blanca

De eerste fietsdag was vandaag aangebroken. In mijn fietstochten voorafgaand aan deze reis merkte ik al dat mijn conditie nog niet het oude was. Kan ook haast niet anders dan wanneer je 2 maanden veel minder fietst dan voorheen. Hierdoor was er opnieuw wat spanning voor de eerste fietsdag, dat is ook wel gebruikelijk, omdat je niet weet hoe het land is buiten de grote stad. Hoe zwaar zullen de weersomstandigheden zijn? Hoe is de conditie op zich? Hoe voelt de fiets echt aan? Hoe is het landschap?
Al dit soort vragen speelden in mijn hoofd gisteravond, maar vanochtend toen ik de deur uitstapte was een groot deel van de spanning verdwenen. Niet zo zeer omdat de onzekerheden allemaal in 1 klap waren weggenomen, maar de wind was positief. Zelfs zo positief dat mijn ‘slechte’ conditie er niet toe deed. Een hele harde wind in de rug en een landschap wat nog zachtaardig was. Eerst wilde ik rond de 70 km rijden vandaag, omdat normaal gesproken de eerste fietsdag in extreme warmte niet heel top verloopt, maar door de wind werd het toch bijna 80. Mijn eerste kampeerplek is ook gevonden in een klein dorp met enkele huisjes. Het viel nog niet mee om een plek te vinden, want er staan redelijk dichtbij de weg allemaal hekken met prikkeldraad om het terrein af te bakenen. Geen moment dat er geen hek stond en dat vermoeilijkte dus ook zeer zeker om een geschikte plek te vinden. Maar goed, ik heb een slaapplek!

Loma Blanca – Abapó
Soms vraag ik me af waarom ik wildkamperen zo leuk vind. Je moet door de bosjes heen kruipen om je tent op te zetten in de hitte, daarna moet je nog koken en tot slot lig je op takken en boomstronken. Maar als ik naar de sterrenhemel kijk begin van de avond en realiseer dat ik ultieme vrijheid creëer, dan maakt dat een hoop goed. De harde wind van gisteren die was er ’s ochtends ook nog, wat mij soepel door de eerste 2 uur bracht. Maar opeens kwam de man met de hamer, genaamd hitte. Ik kan al niet goed eten door de warmte en ik ben op plekken verbrand waar ik nooit verband ben geweest. De hitte sloeg toe, maar ik heb geleerd van mijn eerdere ervaringen zoals in Cuba toen ik bijna knock-out ging. Ik ben op tijd gestopt om ergens te gaan zitten. Ik wist niet dat een mens zoveel kon zweten als dat ik vandaag heb gedaan. Mijn ogen zijn schraal en het zweet houdt maar niet op. Verschrikkelijk is dat! De laatste 15 kilometer waren dan ook een hel waar ik doorheen moest toen ik enigszins was bijgekomen. Nu zit ik in het grootste dorp waar ik tot nu toe geweest ben, er zijn restaurantjes, hotels en heel veel winkeltjes. Ook heb ik mijn kapotte zonnebril kunnen vervangen. Ik moet gaan uitvinden hoe om te gaan met deze warmte als ik straks berg op moet, want in Tarija is het nog steeds 24 graden ook op bijna 2000 meter hoogte. Het leven van een reizende fietser valt echt niet mee!

Abapó
Ik had vannacht ter plekke besloten en mede door noodzaak om in dit dorp een ongeplande maar noodzakelijke rustdag te houden. Onweer en harde regenval was zo’n beetje de rode draad vannacht, maar mijn tent stond nog overeind zonder lekken. Wel waren alle zandpaden (en  dat was zo’n beetje alles in het dorp) omgevormd tot een soort klei en moddercombinatie. De rustdag was noodzakelijk want mijn etensklachten blijven maar aanhouden. Sinds ik op de fiets zit, kan ik nauwelijks meer wat eten. In Santa Cruz viel het nog wel mee, waar het ook niet overhing van luxe maaltijden, maar nu krijg ik bijna helemaal niets meer naar binnen. Geen eten, betekent geen energie om te fietsen. Ik heb heel de dag gepiekerd en tot op wanhoop nagedacht hoe ik dit probleem kan oplossen. Eerst dacht ik door meer te gaan eten, krijg je meer energie en kan je fietsen. Toen dacht ik iets anders: Ik ga fietsen, want dan krijg ik meer honger en wil ik meer eten. Met die gedachtegang ben ik uiteindelijk maar weer gaan slapen na een behoorlijk lange en rustige dag.

Abapó – Ipitá
De nacht bestond uit 2 delen: Een beest die met zijn gefluit vrouwtjes probeerde te lokken, zonder succes want dit duurde de hele nacht en opnieuw harde regen en onweer. Gisteren bleef mijn tent nog overeind, vandaag had de regen gezorgd dat mijn locatie in een soort modderpoel was veranderd, waardoor de tent niet meer strak stond en dus binnentent tegen buitentent. Ik wilde dan ook maar zo snel mogelijk weg van deze plek en besloot mijn route richting Tarija te vervolgen. Zoals gehoopt en verwacht bleef de bewolking aanhouden vanochtend en was het nog relatief koel, zodat ik niet midden op de dag zou fietsen. Changing plans dus opnieuw! Ik had nauwelijks nog warm kunnen trappen of de weg liep al direct omhoog, niet steil maar lang. Zo lang zelfs dat ik 500 meter geklommen ben naar 900 meter hoogte, tikkeltje onverwachts maar alle hoogtemeters zijn meegenomen. Het eerste gedeelte ging redelijk, hoewel je niet veel kan verwachten met zo weinig energie tot je beschikking. Maar het werd erger en erger, de laatste 15 kilometer kwam ik nauwelijks meer vooruit. De benen schoten bijna in de kramp zodra het licht omhoog ging of vlak en ik moest regelmatig stoppen, omdat ik mij echt niet goed voelde. Met een versnelling draaiende die ik op de Galibier in Frankrijk heb gereden kwam ik nu amper vals plat omhoog, werkelijk een verschrikking was het vandaag. Hoe nu verder? Ik probeer naar Camiri te komen, dat is een wat groter dorp (denk ik) om daar proberen te herstellen.

Ipitá – Ipati
Opnieuw had ik een zware dag verwacht, weliswaar kon ik mijn licht verteerbare voedsel goed tot mij nemen gisteravond en had ik vanochtend eieren gehaald, kortom calorieën. Ook de gebakken eitjes gingen beter naar binnen dan voorheen, het lijkt er dus weer op dat het de goede kant op gaat. Het was vandaag opnieuw bewolkt, maar dit keer zonder regen wat ook wel prettig is. Daarnaast waren de klimmeters veel minder dan gisteren. Hoewel ik nu op 1100 meter hoogte zit, valt dit nog onder het laagland. Gek he? Als wij in Europa op 1100 meter hoogte zouden zitten, zouden we in de Jura  Pyreneeën zitten. De bergtoppen zijn ook nog relatief laag met zo’n 1500 meter maar af en toe zag ik wel een glimp van de hogere jongens. Maar nog steeds moet je onthouden, dat ook die bergtoppen nog wel mee vallen vergeleken met straks. Ik moest en kon ook niet anders dan heel rustig rijden en een soepele tred houden met een veel lagere snelheid dan normaal. Dit keer geen spierpijn, maar wel dus oppassen. Wildkamperen in Bolivia is erg makkelijk trouwens, in de dorpen zelf heb je de meeste kans voor een geslaagde kampeerplek. Alleen moet je soms wel voor de domme houden als er gevraagd wordt in het donker ‘waar ga je naartoe?’ Dan kan je niet echt zeggen dat je tent hier in de bosjes staat!

Ipati – Camiri
Vanochtend bij het inpakken kwam ik dezelfde man tegen als die ik gisteravond ook tegen het lijf liep, opnieuw op dezelfde plek als vorige keer. Diezelfde plek was pal voor de ingang van mijn tent zo’n beetje. Hij vroeg me waar ik had geslapen, opnieuw gelogen! Nee  het was deels waar want ik antwoordde dat ik kampeerde stukje verder op. Geen kwaadaardige man dus uiteindelijk. Toen moest ik het dorp nog door over de onverharde wegen en wat een rot stuk was dat. Opnieuw was het zand veranderd in een soort modder waar je bijna niet doorheen kwam. Gelukkig was de grote weg dan nog wel weer geasfalteerd en vervolgende ik mijn weg door de vallei. Gisteren liep de weg grotendeels omhoog, vandaag zoals verwacht grotendeels omlaag naar Camiri zo’n 30 kilometer verderop. Het eten gaat wel wat beter en voel dat de energie ook wat meer blijft hangen, maar het super gevoel is er niet. Dat kan ook bijna niet als je bedenkt dat ik nog geen goede conditie heb bij aanvang. In Camiri was het noodzakelijk om geld te halen en een hotelletje te pakken na 5 dagen wildkamperen. Geld halen bleek uiteindelijk lastiger te zijn dan verwacht, maar ik kan er komende weken weer tegenaan. Ook het hotelletje was zo gevonden in een kamertje wat kleiner is dan een gemiddelde badkamer in Nederland, zonder tv en zonder elektriciteit. Het enige wat er wel is, is een lampje zonder kap. Laten we hopen dat ik kan vinden wat ik hier nodig heb in Camiri om mijn weg succesvol voort te kunnen zetten naar Tarija.

7 Reacties

  1. Ria vis:
    8 maart 2017
    Wat mooi hoe je alles omschrijft Stefan, leuk hoor, minder is voor jou het niet zoveel kunnen eten in het begin, gelukkig gaat dat wat beter. Ik luister iedere keer weer naar je verhalen echt super leuk, groet ria
  2. Ad en Mary:
    8 maart 2017
    Stefan, Ad en ik lezen jouw verhalen met interesse. We vinden het nogal heftig wat je allemaal meemaakt. En natuurlijk ook heel stoer dat je dat allemaal durft en ook gewoon doet. Wij wensen je heel veel succes op je verdere reis en kijken uit naar je volgende verhalen. Groetjes, Ad en Mary Snel
  3. Annelies:
    9 maart 2017
    Potverdorie Stefan wat een avontuur!!! Voor mij klinkt het als afzien maar je lijkt ervan te genieten! Fijn zo! Leef je droom!
  4. Jacqueline van Seters:
    9 maart 2017
    Geweldig je verhaal!Maar wat naar dat je niet goed kunt eten en dat is toch wel van belang,ik hoop ook dat het snel beter zal gaan!Het begin is er en ik ga genieten van je verhalen.Pas goed op jezelf!groetjes Wim en Jacq v Seters
  5. Corry Spall:
    9 maart 2017
    Prachtige verhalen. Pas goed op jezelf. Veel succes.
  6. Jan Vis:
    9 maart 2017
    Heftig Steef, je bent echt aan het afzien.
    Maar een volhouder als jij kan dat aan.
    En daarbij, het wordt straks allemaal alleen maar mooier
  7. Stefan Vis:
    12 maart 2017
    Iedereen bedankt voor alle reacties! Ik ben nu weer onderweg vanuit Camiri. Helaas kan ik niet echt reageren op jullie reacties, maar ik lees ze allemaal met heel veel plezier.